Columns thema afbeelding

Overleden en toch nog eigenaar? hoe bestaat het!

21 - 12 -2022

In de registers van het Kadaster is vermeld wie welk recht heeft op onroerend goed, zoals een woning. In die kadastrale registers staan 260.000 overledenen nog als rechthebbende van een woning geregistreerd. De registratie kan alleen worden aangepast met inschrijving van een notariële akte. Als een of meer erfgenamen niet als rechthebbende bij het Kadaster worden geregistreerd, blijft de registratie van de overledene als eigenaar gehandhaafd. Dat leidt er vaak toe dat nabestaanden problemen ondervinden als zij de woning erven en willen verkopen. De verkoop kan dan vertraging oplopen of zelfs niet doorgaan.
Ook het verstrekken of oversluiten van hypotheken wordt in dergelijke situaties moeilijk. De bank verstrekt alleen hypotheek aan geregistreerde rechthebbenden.

Met een notariële verklaring van erfrecht kan na overlijden meteen de juiste erfgenaam worden geregistreerd. Lang wachten met het regelen van een verklaring van erfrecht vergroot de kans dat u meer kosten tegemoet kunt zien, omdat er dan uitgebreider erfgenamenonderzoek nodig is. Een erfenis versnipperd over tientallen familieleden levert veel extra werk op. Nog meer werkzaamheden moeten worden verricht als er vervolgens nadien ook nog personen komen te overlijden die zelf als erfgenamen waren geïdentificeerd. 


Ik geef nog een praktijkvoorbeeld: bij overlijden van de eerste ouder (10 jaar geleden) was geen verklaring van erfrecht opgemaakt en was de woning niet op naam van de langstlevende ouder gezet. Dit zorgde voor onverwachte problemen. Bij verkoop na overlijden van de langstlevende moest eerst nog nagegaan worden wie bevoegd was in de eerste nalatenschap. In dit geval moesten alle erfgenamen (van toen) nog benaderd worden.
Dat vonden de erfgenamen van de langstlevende heel erg vervelend, want met een van de kinderen was er ondertussen geen contact meer. Dit kind was door de langstlevende ouder onterfd. Het in de tweede nalatenschap onterfde kind moest nu echter juist actief benaderd worden om alsnog mee te werken aan de bevestiging van de eerste nalatenschap. 
De erfgenamen van de langstlevende hadden (om de koper een plezier te doen) een extreem korte leveringstermijn afgesproken. Dat was in hun ogen makkelijk haalbaar. Het “moeilijke” kind was toch onterfd en zijn/haar medewerking bij verkoop was daardoor naar hun idee niet nodig. De realiteit bleek echter anders te zijn.

Maar al te vaak geven banken aan geen verklaring van erfrecht nodig te hebben en wordt deze daarom niet opgesteld. Er zijn echter diverse redenen om deze toch op te laten maken.
Al is het maar om eens de bijbehorende informatie over het erfgenaamschap te krijgen of om zaken later soepeler te laten verlopen. En al is het maar om eens actief stil te staan bij ieders’ tegoed uit de eerste nalatenschap.

Notarissen zien heel vaak erfgenamen (vaak de kinderen) worstelen met de ontstane situatie als te weinig aandacht is besteed aan de afwikkeling van de nalatenschap van hun als eerste overleden ouder. En uiteindelijk blijkt goedkoop dan duurkoop te zijn geworden.